Onderhouds- en herstelwerkplaats voor motorvoertuigen
- Inspectie
- Mobiliteit
- Milieuvergunning
- Verplichtingen
- Voertuigen
Inhoud
Ingewikkelde tabellen
Voor uw leesgemak raden wij u aan deze pagina op uw computer te raadplegen
U heeft een onderhouds- en reparatiewerkplaats voor motorvoertuigen en wenst de uitbatingsvoorwaarden van uw milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning beter te begrijpen? U wenst een onderhouds- en herstelwerkplaats te openen of over te nemen en de wettelijke voorwaarden te kennen die u moet naleven om deze beroepsactiviteit uit te oefenen?
Deze gids verstrekt toelichtingen bij uw verplichtingen en vestigt uw aandacht eveneens op mogelijke afwijkingen. In dat geval moet u officieel een wijziging van de voorwaarden aanvragen bij de overheid die uw vergunning uitreikte.
Is deze gids ook bedoeld voor u?
Deze gids is bedoeld voor u indien:
- Deze voorwaarden zijn ook op u van toepassing als uw werkplaats dient:
- voor het onderhoud van touringcars, bussen, aanhangwagens, tram;
- voor het demonteren en monteren van banden op velg (bandencentrale).
- u een onderhouds- en reparatiewerkplaats voor motorvoertuigen uitbaat;
- hulpstukken plaatst op voertuigen (alarm, airconditioning, open dak,...).
De voorwaarden naleven: een wettelijke verplichting
Uw onderhouds- en reparatiewerkplaats maakt deel uit van een ingedeelde inrichtingTechnische inrichting of activiteit waarvoor een milieuvergunning of een voorafgaande uitbatingsaangifte bij de gemeente nodig is. De lijst van deze inrichtingen wordt door de Brusselse overheid opgesteld. waarvoor een milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning is vereist (rubriek 13).
De drijfkracht van uw werkplaats bepaalt de indeling. Neem voor de berekening daarvan alle machines of vaste gereedschappen (vb.: bruggen, bandenlichters,…) in aanmerking.
Worden voor de berekening van de drempel van de indeling niet in aanmerking genomen:
- handgereedschappen (boormachines, schroefmachines, boorapparaten,…)
- machines die werken met perslucht (rubriek 71).
Berekening van de drempel |
Indeling van de werkplaats |
Drijfkracht ≤ 20 kW |
Klasse 2 |
Drijfkracht > 20 kW |
Klasse 1B |
- Indien u zich niet houdt aan de voorwaarden in uw milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning bent u in overtreding en kunt u een sanctie krijgen (boete, gebruiksverbod, gevangenisstraf).
Waarom deze voorwaarden?
Uw verplichtingen betreffen:
- het beheer en het verwijderen van gevaarlijke afvalstoffenAfval dat gevaarlijke stoffen bevat: brandbaar (koolwaterstoffen), giftig (pesticiden), oxiderend (nitraten), bijtend (zuren), radioactief (isotopen). ;
- de veiligheid inzake opslag van gevaarlijke producten;
- de regelgeving betreffende afgedankte voertuigen.
De voorwaarden die in de milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning zijn vastgelegd, hebben tot doel:
- een harmonieuze samenleving tussen garagehouders en hun omgeving mogelijk te maken;
- de veiligheid te garanderen;
- het milieu te beschermen, en vooral verontreiniging van de bodem en het grondwater te vermijden.
Deze gids geeft u meer duidelijkheid over uw verplichtingen wat betreft:
De checklist van de verplichte controles informeert u over de verplichtingen inzake controle.
Uw lokalen: inrichting en veiligheid
Uw lokalen: inrichting en veiligheid
Waarom moet u bijzondere voorzorgen treffen?
Uw werkplaats vertoont steeds een potentieel explosie- of brandrisico (ontvlambare producten, gasflessen…).
Volg om uw medewerkers, uw klanten, ... te beschermen de veiligheidsvoorschriften dan ook steeds nauwgezet op.
Uw werkplaats vormt een risico voor het milieu doordat het accidenteel morsen van koolwaterstoffenDit zijn van aardolie afgeleide samengestelde organische vloeistoffen op basis van koolstof en waterstof. Stookolie, benzine en andere soorten minerale oliën behoren daartoe. Deze oliën hebben de eigenheid dat ze een geringe dichtheid hebben. Wanneer ze in de bodem dringen, kunnen ze het grondwater bereiken en er een drijflaag op vormen., solventenEen vloeibare stof die wordt gebruikt voor het oplossen of verdunnen van andere stoffen zonder die chemisch te wijzigen. Ze worden in heel uiteenlopende processen gebruikt, bijvoorbeeld om te ontvetten, in verf en inkt, bij de schoonmaak..., olie, rem- of koelvloeistoffen, ... nooit kan worden uitgesloten. U moet dan ook verhinderen dat afvalwaterWater dat in huishouding of industrie dienst heeft gedaan en gewoonlijk met verschillende stoffen beladen is. in de riolering of op de openbare weg worden geloosd.
Voor de hele werkomgeving
- Verbied het publiek toegang tot de werk- en opslagzones en hang dit verbod duidelijk op buiten deze zones en lokalen.
- Plaats werkende brandblussers nabij de werkposten en uitgangen.
- Breng in de werkplaats en op voor het publiek zichtbare plaatsen pictogrammen aan die op het rookverbod wijzen.
- Verlucht de werkplaats zodat er geen toxische of explosieve atmosfeer kan ontstaan.
- De vloer van de garage is in goede staat, glad, ondoorlatend en onbrandbaar.
- Houd zaagsel of een ander absorberend product in de werkplaats bij de hand om gemorste vloeistoffen onmiddellijk te verwijderen.
- Verwijder nutteloze voorwerpen (verpakking, gebruikte onderdelen, ...) regelmatig uit de werkplaats.
- Zet niets voor de nooduitgangen. De deuren van de nooduitgangen moeten naar buiten openen en moeten altijd vrij zijn.
De veiligheid van de bodem en het water verzekeren
- Loos geen afvalwaterWater dat in huishouding of industrie dienst heeft gedaan en gewoonlijk met verschillende stoffen beladen is. van de werkplaats in het oppervlaktewaterEr wordt gewoonlijk een onderscheid gemaakt tussen zeewater en binnenwater, wat op zijn beurt in oppervlaktewater en grondwater wordt onderverdeeld. Het oppervlaktewater wijst op het water dat op de oppervlakte van de aarde afvloeit of stagneert en bevat het water van de meren, rivieren en waterpartijen (vijver, kunstmatige bekkens, poelen, ...). of in een verliesput.
- Loos geen mechanisch verbrijzelde vaste afvalstoffen in het oppervlaktewater of in de riolering.
Het gemorste water mag geen stoffen bevatten die het rioolwater toxisch kunnen maken.
Het geloosde water mag in geen geval:
- meer dan 0,5 g/l koolwaterstoffenDit zijn van aardolie afgeleide samengestelde organische vloeistoffen op basis van koolstof en waterstof. Stookolie, benzine en andere soorten minerale oliën behoren daartoe. Deze oliën hebben de eigenheid dat ze een geringe dichtheid hebben. Wanneer ze in de bodem dringen, kunnen ze het grondwater bereiken en er een drijflaag op vormen. bevatten;
- noch afgewerkte minerale oliën;
- of ontvlambare producten, oplosmiddelen of vluchtige stoffen.
- Vermijd infiltratie van afvalwater in de bodem.
U beschikt over twee technische oplossingen om de normen inzake lozing van afvalwaterWater dat in huishouding of industrie dienst heeft gedaan en gewoonlijk met verschillende stoffen beladen is. te respecteren:
1.
- Verwijder iedere mogelijkheid tot lozing van afvalwaterWater dat in huishouding of industrie dienst heeft gedaan en gewoonlijk met verschillende stoffen beladen is. in de riolering rond de werkzones (vb. bruggen).
- Maak de vloer van de werkplaats schoon met een schrobmachine of
- Strooi absorberend materiaal (zagemeel of korrels) uit en veeg dat vervolgens droog op.
- Het doordrenkte zagemeel, de doordrenkte korrels en het residu van de schrobmachine zijn gevaarlijke afvalstoffenAfval dat gevaarlijke stoffen bevat: brandbaar (koolwaterstoffen), giftig (pesticiden), oxiderend (nitraten), bijtend (zuren), radioactief (isotopen).. Geef ze mee met een vergunde operator in het Brussels Hoofstedlijke Gewest.
2.
- Zuiver al het afvalwaterWater dat in huishouding of industrie dienst heeft gedaan en gewoonlijk met verschillende stoffen beladen is. met een slibafscheider en een koolwaterstofafscheider.
Onder invloed van bacteriën worden koolwaterstoffenDit zijn van aardolie afgeleide samengestelde organische vloeistoffen op basis van koolstof en waterstof. Stookolie, benzine en andere soorten minerale oliën behoren daartoe. Deze oliën hebben de eigenheid dat ze een geringe dichtheid hebben. Wanneer ze in de bodem dringen, kunnen ze het grondwater bereiken en er een drijflaag op vormen. afgebroken in bijzonder toxische en in water oplosbare veel lichtere moleculen.
Ook al dan niet afgewerkte motorolie, remvloeistoffen, en zuur dat in accu's wordt aangetroffen bevatten moeilijk afbreekbare toxische stoffen.
Alvorens afvalwater waarin dergelijke stoffen aanwezig zijn te lozen, dient u het dus te zuiveren.
Twee systemen voor het zuiveren van afvalwater: slibafscheider en koolwaterstofafscheider
1. De slibafscheider: houder waarin slib en water door decanteren van elkaar worden gescheiden
2. De koolwaterstofafscheider: laat toe om het afvalwater te zuiveren tot een concentratie van 100 mg/l koolwaterstoffen.
Wettelijke vereisten:
- de scheiders moeten voldoen aan de normen EN 858-1 en EN 858-2 of gelijkwaardige kenmerken bezitten;
- de uitgang van de installatie moet door een veiligheidsvlotter worden afgesloten wanneer de hoeveelheid koolwaterstoffen de capaciteit van de installatie overschrijdt;
- de nieuwe afscheiders moeten voorzien zijn van een sonde met akoestische en visuele waarschuwing om het grenspeil van de koolwaterstoffen te controleren. - Laat het slib zodra de slibafscheider voor de helft is gevuld en/of wanneer de koolwaterstofafscheider vol is verwijderen door een vergunde operator voor gevaarlijke afvalstoffen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
- Voorzie voor de nieuwe installaties een meetput voor het punt waarop het water wordt vermengd met huishoudelijk afvalwater; die meetput moet voldoende groot zijn om monsters te kunnen nemen.
Voor de waszones
- De waterafvoerleidingen en de ondergrondse putten (inspectieputten, meetputten) zijn ondoorlatend.
- Zuiver al het afvalwaterWater dat in huishouding of industrie dienst heeft gedaan en gewoonlijk met verschillende stoffen beladen is. met een slibafscheider en een koolwaterstofafscheider in het geval van:
- het wassen van de onderkant van de carrosserie of de motor;
- u meer dan 10 voertuigen per dag wast.
- Plaats voor nieuwe installaties een coalescentiefilter op de koolwaterstofafscheider.
De coalescentiefilter laat toe om het afvalwater te zuiveren tot een concentratie van 5 mg/l koolwaterstoffenDit zijn van aardolie afgeleide samengestelde organische vloeistoffen op basis van koolstof en waterstof. Stookolie, benzine en andere soorten minerale oliën behoren daartoe. Deze oliën hebben de eigenheid dat ze een geringe dichtheid hebben. Wanneer ze in de bodem dringen, kunnen ze het grondwater bereiken en er een drijflaag op vormen..
Wanneer moet u een coalescentiefilter op de koolwaterstofafscheider aanbrengen?
- bij het creëren van een nieuwe installatie;
- bij vervanging van de volledige zuiveringsinstallatie;
- bij het wassen van de carrosserie of van motoren;
als u meer dan 10 voertuigen per dag wast.
- De waszone mag zich niet tegen een gemeenschappelijke muur bevinden.
De waszone dreigt vocht- en geluidsproblemen te veroorzaken (vooral wanneer gebruik wordt gemaakt van een hogedrukslang).
Voor de zones waar motoren worden getest
- Installeer een afzuigsysteem voor uitlaatgassen.
De milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning kan specifieke voorwaarden opleggen met betrekking tot:
- de locatie van de afvoerleidingen van gas en
- hun hoogte.
- De gassen moeten in de vrije lucht worden geloosd door leidingen die voldoende hoog uitmonden voor een goede verspreiding van de gassen en zodanig dat de buurt er geen hinder van ondervindt.
- Betreft het een ondergrondse werkplaats, installeer het gas- en rookafzuigsysteem dan zo laag mogelijk.
Voor de verwarmingszones
- Markeer een zone van minimaal 50 cm rond de verwarmingstoestellen die op de grond staan of bescherm ze met barrières.
- Laat de verwarmingstoestellen jaarlijks onderhouden.
- Plaats geen ontvlambare materialen of voorwerpen in de door een vloermarkering of met barrières afgebakende zone.
Parkeer- en toegangszones
Toegang
- Laat een toegangsweg van minstens 80 cm breed tussen de voertuigen vrij zodat hulpdiensten kunnen interveniëren.
- Voorzie meerdere uitgangen met het oog op een snelle evacuatie van de personen.
- Duid de uitgangen, de nooduitgangen, de brandblussers duidelijk zichtbaar aan.
- Organiseer het binnen- en buitenrijden van de voertuigen zodanig dat de voertuigen geen hinder veroorzaken voor voetgangers of voor het autoverkeer.
- Parkeer geen voertuigen in de nabijheid van de nooduitgangen of brandblussers.
Parkeren
- Voorzie voldoende parkeerzones buiten de openbare weg voor alle te herstellen of herstelde voertuigen alsook voor de voertuigen van bezoekers.
- Maak de parkeerzones regelmatig schoon en onderhoud ze.
- Organiseer het parkeren van de voertuigen zodanig dat u niet meerdere voertuigen naar de weg moet verplaatsen telkens er een vertrekt.
- Parkeer geen voertuigen zonder geldige nummerplaat op de openbare weg.
- Voer geen herstellings- of onderhoudswerken uit in de parkeerzones.
Verlichting
- De kunstmatige verlichting van de parkeerzones in open lucht mag de buurtbewoners niet hinderen.
Verluchting
- Zie toe op de verluchting van de parkeerzone: de lucht mag er nooit toxisch, explosief of hinderlijk voor de omgeving worden.
Uw werkplaats omvormen of wijzigen
- Vraag de toelating aan Leefmilieu Brussel alvorens:
Richt uw aanvraag tot :
Leefmilieu Brussel
Afdeling Vergunningen en Partnerschappen
Thurn & Taxis Site
Havenlaan 86C, bus 3000
1000 BrusselVermeld in uw brief:
- de naam, de firmanaam en het adres van de houder van de milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning;
- de referenties van de geldige milieuvergunning(en).U kunt ook het aanvraagformulier voor wijziging van een milieuvergunning invullen en naar Leefmilieu Brussel opsturen.
Wacht altijd de officële toelating alovorens deze wijzigingen uit te voeren.
- een werkzone toe te voegen, te verplaatsen of te vervangen;
- veranderingen aan te brengen aan de opslag van gevaarlijke stoffen en van gevaarlijke afvalstoffenAfval dat gevaarlijke stoffen bevat: brandbaar (koolwaterstoffen), giftig (pesticiden), oxiderend (nitraten), bijtend (zuren), radioactief (isotopen). in de werkplaats;
- het type of de hoeveelheid gevaarlijke stoffen of afvalstoffen die in de werkplaats aanwezig zijn te wijzigen.
Uw installaties onderhouden
- Onderhoud uw installaties en materiaal in een goede staat van werking.
- Respecteer de door de installateurs opgegeven frequentie voor het onderhoud. Raadpleeg ook de checklist van de verplichte controles.
Onderhoud van de slibafscheider en de koolwaterstofafscheider
- Verwijder onmiddellijk de grote drijvende vaste deeltjes.
- Laat het slib regelmatig ophalen door een door een vergunde operator in het Brussels Hoofstedlijke Gewest.
- Laat volgende controles jaarlijks uitvoeren:
- het slibniveau in de slibafscheider;
- de dikte van de koolwaterstoffenlaag in de afscheider;
- het automatisch sluitsysteem;
- de werking van het auditieve en visuele alarm;
- de werking van het auditieve en visuele alarm.
Uw werkmateriaal
Reserveonderdelen
Nieuwe reserveonderdelen
- Voorzie een overdekte opslagruimte.
- Sla de onderdelen in rekken op.
- Plaats voor losse onderdelen die vloeistoffen bevatten:
- onder de rekken opvangbakken om eventueel lekkende vloeistoffen op te vangen;
- rekken op een vloer voorzien van de nodige hellingen om weglekkende vloeistoffen af te voeren naar een opvangsysteem dat voorkomt dat de vloeistoffen in de riolering of in het oppervlaktewaterEr wordt gewoonlijk een onderscheid gemaakt tussen zeewater en binnenwater, wat op zijn beurt in oppervlaktewater en grondwater wordt onderverdeeld. Het oppervlaktewater wijst op het water dat op de oppervlakte van de aarde afvloeit of stagneert en bevat het water van de meren, rivieren en waterpartijen (vijver, kunstmatige bekkens, poelen, ...). terechtkomen.
Afgedankte onderdelen
De meeste afgedankte onderdelen zijn afkomstig van afgedankte voertuigen.
Het beheer van afgedankte voertuigen wordt geregeld door het Brussels besluit van 15 april 2004.
U moet geregistreerd zijn als demonteur:
- als u afgedankte voertuigen wilt opslaan of
- als u gedemonteerde reserveonderdelen verkoopt.
Het is algemeen niet toegelaten afgedankte onderdelen op te slaan.
- In het kader van uw activiteiten is het voor het gebruik van reserveonderdelen wel toegelaten om reserveonderdelen in de werkplaats op te slaan en te gebruiken van maximum:
- 2 gedeeltelijk gedemonteerde voertuigen en 6 motoren of
- 1 gedeeltelijk gedemonteerd voertuig en 7 motoren.
- De vloer van de opslagzone van de motoren en gedeeltelijk gedemonteerde voertuigen is ondoorlatend en voorzien van een voldoende steile helling om lekkende vloeistoffen af te voeren naar een opvangsysteem.
- De verkoop van losse onderdelen is niet toegestaan.
BEHALVE: als u over een specifieke registratie als demonteur van voertuigen beschikt.
Ontvettingsfontein voor metalen onderdelen
Het ontvettingsfontein is een ingedeelde inrichtingTechnische inrichting of activiteit waarvoor een milieuvergunning of een voorafgaande uitbatingsaangifte bij de gemeente nodig is. De lijst van deze inrichtingen wordt door de Brusselse overheid opgesteld. ingedeeld onder rubriek 99 als de inhoud van de kuip meer dan 10 liter bedraagt.
Ontvettingsfonteinen die gebruik maken van bacteriën of niet ontvlambare detergenten zijn minder gevaarlijk voor het milieu.
- De reinigingsvloeistof moet dan niet afzonderlijk worden opgehaald;
- De veiligheidsnormen in verband met het brandrisico zijn minder streng.
Voor de ontvettingsfontein wordt gebruik gemaakt van:
- een ontvlambaar en schadelijk oplosmiddel;
- niet-ontvlambare detergenten of bacteriën.
Beveiligen en hinder vermijden
- Controleer steeds de stabiliteit en de lekdichtheid van het toestel.
- Stel de fontein op in een verluchte plaats en op een veilige afstand van iedere ontstekingsbron (verwarming, laspost, slijpsteen,…).
- Breng in de nabijheid van de ontvettingsfontein een duidelijk pictogram aan dat de aandacht op het rookverbod vestigt.
- Plaats het toestel in een inkuiping die voldoende groot is om de volledige inhoud van de solventenEen vloeibare stof die wordt gebruikt voor het oplossen of verdunnen van andere stoffen zonder die chemisch te wijzigen. Ze worden in heel uiteenlopende processen gebruikt, bijvoorbeeld om te ontvetten, in verf en inkt, bij de schoonmaak... in de fontein op te vangen.
- Laat het gebruikte ontvettingsmiddel ophalan een vergunde operator voor gevaarlijke afvalstoffen in het Brussels Hoofstedlijke Gewest.
Onderhoud
- Laat het toestel jaarlijks door een gespecialiseerd technicus onderhouden. Alle onderdelen moeten worden gedemonteerd.
Gasflessen
Tref voor volle of lege gasflessen dezelfde voorzorgsmaatregelen (een lege gasfles bevat altijd nog een kleine hoeveelheid gas).
Beveiligen
- Breng in de nabijheid van de opslagplaats van de flessen een pictogram aan dat de aandacht op het rookverbod vestigt.
- Breng in de nabijheid van de opslagplaats van de flessen een pictogram aan dat de aandacht op het rookverbod vestigt.
Hanteren
- Sla de flessen verticaal op en zet ze vast.
- Gebruik aangepaste wagentjes en hijstoestellen om de flessen te hanteren.
- Sluit de flessen na ieder gebruik en voor elk transport hermetisch.
Opslag
- Sla de flessen op een droge, goed verluchte plaats en uit de buurt van corroderende stoffen op.
- Sla incompatibele gassen afzonderlijk op: oxiderende gassen en ontvlambare gassen. Volg de opslaginstructies die op de veiligheidsinformatiebladen van de flessen staan vermeld op.
- Sla lege flessen apart op.
- Bescherm de flessen tegen zonnestralen en warmtebronnen.
- Bewaar in de werkplaats nooit meer dan in totaal 300 liter samengeperste, vloeibaar gemaakte of opgeloste brandbare gassen. De hoeveelheid gassen die deze drempel overschrijden, moeten in een specifiek daartoe ontworpen opslagplaats buiten de werkplaats worden opgeslagen.
- De flessen mogen niet in contact komen met oliën, vetten of stof.
Luchtcompressor
Beveiligen
- U dient in het bezit te zijn van een attest, opgesteld door de constructeur of door een bevoegd technicus dat bevestigt dat de houder:
- een drukproef heeft doorstaan gelijk aan anderhalf maal de maximale bedrijfsdruk;
- een druk weerstaat die twee maal de maximale bedrijfsdruk bedraagt;
- geen blijvende vormveranderingen (koudwaterproef) noch constructiefouten vertoont.
Hinder vermijden
- Plaats de compressor op een afstand van de gemeenschappelijke muren van woningen. Desnoods:
- dient u de compressor op een "silent bloc" te plaatsen die belet dat trillingen zich zouden verspreiden of
- Een silent bloc is een stuk bestaande uit soepel materiaal dat de schokken en trillingen van de compressor absorbeert. De meeste nieuwe compressoren zijn voorzien van een silent bloc.
(Silent bloc is een gedeponeerd merk van de Franse onderneming Paulstra)
- Een silent bloc is een stuk bestaande uit soepel materiaal dat de schokken en trillingen van de compressor absorbeert. De meeste nieuwe compressoren zijn voorzien van een silent bloc.
- de muur in de nabijheid van de compressor te isoleren om geluidshinder te voorkomen.
- dient u de compressor op een "silent bloc" te plaatsen die belet dat trillingen zich zouden verspreiden of

Banden
Beveilig de opslagplaats
- Sla de banden apart op, bij voorkeur op rekken of schappen.
- Bij opslag van banden op de vloer:
- breng op de vloer een markering van de opslagzone en de circulatiezones aan;
- laat steeds een vrije ruimte van minstens 80 cm tussen de opslagzones.
- Wanneer u meer dan 100 m2 banden opslaat, moet de rubriek 94 van de geklasseerde installaties worden toegevoegd in uw milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning.
Als u meer dan 100 m2 banden opslaat :- het risico op brand is groter en het advies van de BHDBDMH is verplicht;
- uw milieuvergunning bepaalt dan de bijzondere voorwaarden.
- Stapel de banden nooit hoger dan 2 meter.
- Sla de banden niet op in de nabijheid van de werkzones, uitgangen of hittebronnen.

Airbags
Beveiligen
- Laat afgedankte airbags ophalen door een vergunde operator voor gevaarlijke afvalstoffen in het Brussels Hoofstedlijke Gewest.
Gebruikte airbags bevatten het bijzonder giftige en explosieve natriumacide dat een risico van verontreiniging vormt.
- Rook niet en gebruik geen draagbare telefoon of een andere bron van elektromagnetische golven bij het demonteren van airbags.
- De verkoop aan particulieren van airbags in goede staat en ontdaan van de houder is niet toegestaan.
Geconditioneerde lucht
De uitstoot van broeikasgassenGas dat een gedeelte van de zonnestralen absorbeert en herverdeelt onder de vorm van stralingen, die andere gasmoleculen ontmoeten en zodoende het proces herhalen en het broeikaseffect veroorzaken, met een warmteverhoging als gevolg. De belangrijkste broeikasgassen waarvan de oorsprong voornamelijk met menselijke activiteiten verband houden zijn kooldioxide (CO2), methaan (CH4) en troposferisch ozon (O3). verminderen
- U dient te beschikken over een station voor het onderhoud van geconditioneerde lucht zodat u het systeem kan leegmaken en opnieuw vullen.
In het onderhoudsstation kunnen de koelvloeistof en de olie die in het klimaatregelingssysteem van het voertuig aanwezig zijn, worden gerecupereerd en gevuld.
Systeem voor de terugwinning van de koelvloeistof (bron: Robinair)
- U dient te beschikken over een systeem voor het opsporen van koelmiddellekken.
Voor het opsporen van een koelvloeistoflek kunt u gebruik maken van bijvoorbeeld:
- Een fluorescent tracer: door een fluorescerende vloeistof aan het systeem toe te voegen kunt u het lek met UV-licht (black light) opsporen.
Set voor het injecteren van fluorescerende vloeistof (Bron: Educam)
- Een elektronische detector.
- Vul het klimaatregelingssysteem niet als u een abnormaal laag koelmiddelpeil vaststelt. Spoor eerst de oorzaak op.
Het personeel opleiden
- Al het personeel dat herstelling aan airconditioningsystemen uitvoert, kreeg een specifieke opleiding.
Het personeel moet een specifieke opleiding volgen in een opleidingscentrum dat door een van de gewesten of landen van de Europese Economische Ruimte werd erkend.
Uw producten
Gevaarlijke producten en mengsels
Bewaring in de werkplaats
- Bewaar in uw werkplaats slechts de hoeveelheden gevaarlijke producten die nodig zijn voor een werkdag en, in geen geval, meer dan:
- 50 liter zeer licht en licht ontvlambare vloeistoffen (vlampunt ≤ 21°C);
- 500 liter ontvlambare vloeistoffen (21°C < vlampunt ≤ 50°C);
- 300 liter vloeibaar gemaakte of opgeloste brandbare gassen;
- 50 kg vaste stoffen die licht ontvlambaar zijn of die in contact met water brandbare gassen ontwikkelen.
- Berg deze producten aan het einde van de werkdag in een aangepaste opslagzone op (brandbestendig lokaal, of opslag in de open lucht.
Voor meer informatie, kan u de ondernemersgids “Gevaarlijke producten opgeslagen in een gebouw” en “Gevaarlijke producten buiten opgeslagen” raadplegen.
Uw milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning bepaalt aan welke kenmerken deze opslagzone moet voldoen.
- Bewaar de producten in hermetisch gesloten en lekdichte recipiënten die mechanisch en chemisch bestand zijn tegen het product.
- Plaats de recipiënten die vloeistoffen bevatten in een voldoende grote inkuiping.
Een inkuiping is een opvangmechanisme dat een vloeistof ingeval van lekken kan opvangen. Dit kan een ondoorlaatbare vergaarbak zijn die voldoende groot is om de vloeistoffen op te vangen van de recipiënten die in de inkuiping worden geplaatst.
In bepaalde gevallen kan ook een lokaal als inkuiping worden ingericht. Dat dient te worden gebouwd overeenkomstig een goede praktijkcode en onder toezicht van een expert ter zake.
Hoeveel moet de inhoud bedragen van de inkuiping die u gebruikt?
De inhoud van de inkuiping hangt af van het vlampunt, met ander woorden van de ontvlambaarheid van de producten.
Het vlampunt is de laagste temperatuur waarop een stof voldoende dampen ontwikkelt om samen met de omgevingslucht een gasmengsel te vormen dat in de nabijheid van een vlam ontvlamt.
Vlampunt van de producten die in de werkplaats worden bewaard |
Inhoud van de inkuiping |
Vlampunt hoger dan 100°C |
Minstens gelijk: - aan 110% van de inhoud van het grootste recipiënt dat erop staat en - 25% van de totale inhoud van alle recipiënten die erop staan. |
Vlampunt lager dan 100°C |
Minstens gelijk aan 100% van alle recipiënten die erop staan. |
- Breng niet-compatibele producten onder op een geventileerde plaats, in gescheiden inkuipingen die voldoende ver van elkaar zijn verwijderd.
- Raadpleeg de veiligheidsinformatiebladen van de producten voor eventuele bijzonder opslagvoorwaarden.
- Voorzie absorberende producten (houtzaagsel, zandBodemdeeltjes die groter zijn dan 0,05 mm,…) om gevaarlijke producten op te vangen die tijdens het hanteren kunnen wegvloeien.
Opslag buiten de werkplaats
- Sla het teveel aan producten of de producten die tijdens de dag worden gebruikt, overeenkomstig uw milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning, op in een ruimte buiten de werkplaats.
Gebruik van gevaarlijke producten
- Het leegmaken of overhevelen van producten dient steeds boven een inkuiping te gebeuren.
- Pas steeds de veiligheidsinstructies vermeld op de veiligheidsinformatiebladen van de producten toe.
Nieuwe olie en afvalolie
- Bewaar de verschillende soorten afvalolie (transmissieolie, motorolie,…) steeds in afzonderlijke recipiënten voor de recyclageRecyclage is de vernietiging van afval om nieuwe materialen te produceren. Voorbeeld: inert afval wordt vermalen om granulaten te produceren die in wegfunderingen worden gebruikt.
- Voorzie de recipiënten van labels.
Opslag
In verplaatsbare vaten
- Sla de olie op in gesloten en lekdichte vaten.
- Sla de vaten op in een verluchte plaats, beschermd tegen warmtebronnen.
- Plaats de vaten boven een inkuiping.
In vaste bovengrondse tanks
- Sla de olie op in een enkelwandige tank die op zijn beurt in een inkuiping staat opgesteld;
Alle bovengrondse enkelwandige tanks moeten verplicht voorzien zijn van een inkuiping. Die inkuiping vangt de vloeistof bij lekken op.
Uw verplichtingen ten aanzien van de inkuiping van bovengrondse tanks zijn identiek voor nieuwe of afvalolie.
Bron: test-citerne.be
Inkuiping van de bovengrondse enkelwandige tanks |
Kenmerken van de inkuiping |
Inhoud van de inkuiping |
Minstens gelijk: - aan 110% van de inhoud van het grootste recipiënt dat erop staat en - 25% van de totale inhoud van alle recipiënten die erop staan.
|
Stevigheid / lekdichtheid |
Voldoende stevig en lekdicht om alle olie op te vangen die bij een scheur van de tank zou wegvloeien. |
Bescherming van het water en de bodem |
- Het is verboden om de inkuiping op de riolering aan te sluiten; - Verplichting om de inkuiping met een scherm of een luifel af te schermen tegen de regen (om te vermijden dat water in de inkuiping afvloeit). |
of
- Sla de olie op in een dubbelwandige tank voorzien van een permanent lekdetectiesysteem.
Uw verplichtingen ten aanzien van de dubbelwandige bovengrondse tanks zijn identiek voor nieuwe of afvalolie.
De tank bestaat uit een binnenwand en een buitenwand (eventueel gedeeltelijk). In de gesloten ruimte tussen die twee wanden is een permanent lekdetectiesysteem ondergebracht.
Een dubbelwandige tank die niet voorzien is van een lekdetectiesysteem dient te worden beschouwd als een enkelwandige tank. Bijgevolg moeten de veiligheidsmaatregelenTijdelijke maatregelen met het oog op de bescherming van de volksgezondheid en het milieu in afwachting van de behandeling van de bodemverontreiniging, met inbegrip van de maatregelen voor gebruiksbeperking, toezicht op en indijking van de verontreiniging. voor een enkelwandige tank (inkuiping) worden getroffen en gerespecteerd.
Bron: test-citerne.be
Dubbelwandige bovengrondse tanks |
Kenmerken |
Buitenste omhulsel |
Het omhulsel dat de tank beschermt, moet de doorstroming toelaten van een interstitiële vloeistof voor het opsporen van olielekken: - van de tank zelf of - van het buitenste omhulsel. |
Type interstitiële vloeistof |
De vloeistof mag: - het omhulsel niet doen corroderen (staal of kunststof); - niet stollen bij strenge vorst. |
Lekdetectiesysteem |
Er wordt een akoestisch alarm gegenereerd wanneer: - de druk of het peil van de interstitiële vloeistof schommelt; - olie ontsnapt en zich met de vloeistof vermengt. |
- Vermeld duidelijk nabij de vulopening:
- het opgeslagen olietype (remolie, motorolie);
- de inhoud van de tank in liter.
- Het vullen of leegmaken van de tanks dient onder permanent toezicht te gebeuren.
- Installeer boven de inkuiping een afsluitklep of een vulleiding.
In ingekuipte tanks
- Het gebruik van ingekuipte tanks is verboden.
BEHALVE: De milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning kan de opslag van olie in ondergrondse dubbelwandige tanks toelaten en bepaalt in dat geval de bijzondere uitbatingsvoorwaarden.
Om die afwijking te verkrijgen moet de uitbater het volgende aantonen:
- de technische onmogelijkheid om tot bovengrondse opslag over te gaan;
- de lekdetectiemiddelen die op de tank werden toegepast.
Deze afwijking geldt niet voor nieuwe installaties.
Controle
Frequentie van de controles
- Laat de tanks minstens om de 15 jaar controleren door een expert op het vlak van opslaginstallaties.
Leefmilieu Brussel kan de controle van de tanks opleggen:
-
vóór de uitbreiding of wijziging van de installaties en
-
voor het aanvragen van de vernieuwing of de verlenging van de vergunning.
-
- Bewaar alle controleattesten in uw register. U dient die te kunnen voorleggen als Leefmilieu Brussel uw installaties aan een controle onderwerpt.
Aard van de controles
In elk geval
- Visuele controle van de buitenwand, controle van de stabiliteit van de tank.
- De perfecte lekdichtheid van de aftap- en vulleidingen, van de kranen, verbindingen.
- De afsluitklep.
- Afwezigheid van water of bezinksel in de tank.
- Afwezigheid van verontreiniging rond de tank.
Voor ingekuipte enkelwandige tanks
- De inkuipingscapaciteit mag niet worden beperkt door bezinksel (water, slib, bussen, materiaal,…).
Voor dubbelwandige tanks met lekdetectie
- Werking van het permanente lekdetectiesysteem met alarm.
Afhankelijk van de controleresultaten
- Bracht de controle niet-conformiteiten zonder bodemverontreiniging aan het licht, dan dient u zo snel mogelijk de vereiste herstellingen te laten uitvoeren.
Indien geen bodemverontreiniging werd vastgesteld, mag u de tank nog vullen en gebruiken. U moet wel zo snel mogelijk, en uiterlijk binnen de 6 maanden na het controleverslag, de nodige herstellingen laten uitvoeren.
Indien de herstellingen niet worden uitgevoerd binnen deze termijn, moet u de installatie definitief buiten gebruik stellen.
Doe voor herstellingen die de lekdichtheid betreffen beroep op een bevoegd expert en maak de reparatieattesten over aan de bevoegde overheid.
- Bracht de controle bodemverontreiniging aan het licht
- Laat de tank dan onmiddellijk ledigen en schoonmaken.
- Laat een verkennend bodemonderzoek uitvoeren.
- Het wetgevend kader dat de verplichtingen omtrent de uitvoering van een bodemonderzoek vaststelt, is de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van de verontreinigde bodems.
Voor meer informatie kunt u de pagina "Uw milieuvergunning en uw verplichtingen in het kader van de bodemwetgeving".
- Het wetgevend kader dat de verplichtingen omtrent de uitvoering van een bodemonderzoek vaststelt, is de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van de verontreinigde bodems.
- Laat de afvalstoffen verwijderen door een vergunde operator voor gevaarlijke afvalstoffen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en bewaar de traceerbaarheidsdocumenten die aantonen dat de afvalstoffen werden afgevoerd in uw register.
Uw afval
Opslaan van gevaarlijke afvalstoffen
- Pas alle instructies aangaande de bewaring en hantering van gevaarlijke producten toe.
Verwijderen van gevaarlijke afvalstoffen
- Scheid doeken doordrongen van solventenEen vloeibare stof die wordt gebruikt voor het oplossen of verdunnen van andere stoffen zonder die chemisch te wijzigen. Ze worden in heel uiteenlopende processen gebruikt, bijvoorbeeld om te ontvetten, in verf en inkt, bij de schoonmaak..., olie of andere gevaarlijke stoffen van ander afval (niet bevuild papier, karton). Werp ze in een speciale houder (bak, vat,...) weg van hittebronnen.
Besmeurde doeken vormen gevaarlijke afvalstoffenAfval dat gevaarlijke stoffen bevat: brandbaar (koolwaterstoffen), giftig (pesticiden), oxiderend (nitraten), bijtend (zuren), radioactief (isotopen).. Hun afvoer kan op twee manieren verlopen:
- Hetzij via een vergunde operator in het Brussels Hoofstedlijke Gewest;
- Hetzij via een contract “besmeurde doeken" dat de terugname en recyclageRecyclage is de vernietiging van afval om nieuwe materialen te produceren. Voorbeeld: inert afval wordt vermalen om granulaten te produceren die in wegfunderingen worden gebruikt van besmeurde doeken bevat (meerdere ondernemingen bieden deze dienst aan)
Opgelet, deze afvalstoffen mogen niet worden afgevoerd als restafvalAfval dat niet selectief wordt gesorteerd of rest na het verwijderen van recycleerbare stoffen en in de normale vuilniszak terechtkomt..
- Bewaar gebruikte batterijen in een ondoorlatende, zuurbestendige houder.
- Laat de gevaarlijke afvalstoffen ophalen door een vergunde operator in het Brussels Hoofstedlijke Gewest.
- Houd de bewijzen van de afvalophaling (of een kopie) daarvan bij in een register.
Voor het verwijderen van de gevaarlijke afvalstoffen moet u :
- een register van uw gevaarlijke afvalstoffen bijhouden. Dit register bevat alle traceerbaarheidsdocumenten.
Onder "traceerbaarheidsdocumenten" wordt verstaan:- elk document of contract dat door de inzamelaar, handelaar, makelaar aan de afvalstoffenhouder/-producent wordt bezorgd;
- elk document of contract dat door de inzamel- of verwerkingsinrichting wordt afgeleverd.
Een traceerbaarheidsdocument kan een factuur, een CMR-vrachtbrief, een verzendingsnota, een weegbon, een contract, ... zijn waarop alle nodige informatie wordt vermeld.
- dit register op verzoek voorleggen aan de bevoegde autoriteit.
- een register van uw gevaarlijke afvalstoffen bijhouden. Dit register bevat alle traceerbaarheidsdocumenten.
Verwijderen van afvalwater
- Tref alle voorzorgsmaatregelen om verontreiniging van bodem en water te vermijden.
Checklist van de verplichte controles
Controle van de slibafscheider en van de koolwaterstofafscheider
- periodieke controle: jaarlijks
- aanvullende controle: op vraag van de bevoegde overheid, bij wijziging van de installatie of voordat de vergunning wordt vernieuwd
Controle van enkel- en dubbelwandige bovengrondse tanks
- periodieke controle: minstens om de 15 jaar
- aanvullende controle: op vraag van de bevoegde overheid, bij wijziging van de installatie of voordat de vergunning wordt vernieuwd
Controle van het register van ophaling van de gevaarlijke afvalstoffen
- op vraag van de bevoegde overheid (BIM of gemeente waar de uitbating zich bevindt)
Wetgeving
Garage-Werkplaats voor het herstellen van autovoertuigen
AfvalwaterWater dat in huishouding of industrie dienst heeft gedaan en gewoonlijk met verschillende stoffen beladen is.
Gevaarlijke producten
- Koninklijk besluit van 13 maart 1998 betreffende de opslag van zeer licht ontvlambare, licht ontvlambare, ontvlambare en brandbare vloeistoffen.
- ARAB artikel 52 (Titel II, Hoofdstuk I, Afdeling V)
- ARAB artikelen 565 tot 574 (Titel III, Hoofdstuk II, Afdeling IX)
- Codex over het welzijn op het werk Boek III Titel 5 (opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen) (.pdf)
Afgedankte voertuigen