De Be Sustainable-conferentie toont het potentieel van open ruimten
- Wijk
- Groene ruimten
- Stedenbouw
- Natuur
Brussel ondergaat momenteel een grondige verandering in zijn aanpak van open ruimten. Deze worden niet langer gezien als functionele ruimten of als louter ‘randen’, maar als fundamentele elementen van de primaire structuur van de stad, van haar relatie met de natuur en van haar weerbaarheid. Op 3 oktober 2023 werd een conferentie georganiseerd door Be Sustainable die de gelegenheid bood om deze dynamiek te verkennen.
Inhoud
Be Sustainable is de referentie bij uitstek op het vlak van duurzame wijken voor iedereen die betrokken is bij ruimtelijke ordening en stadsvernieuwing in het licht van klimaatveranderingWijst op trage variaties van de klimaatskenmerken mettertijd, op een welbepaalde plaats: opwarming of afkoeling. Sommige vormen van luchtvervuiling, veroorzaakt door menselijke activiteiten, zijn een bedreiging voor het klimaat in de zin dat er een globale opwarming zou kunnen ontstaan. Dit verschijnsel kan belangrijke schade veroorzaken: stijging van de zeeniveaus, verergering van de uiterste klimaatsverschijnselen (droogtes, overstromingen, wervelstormen, enz.), destabilisatie van de bossen, bedreiging voor de zoetwatervoorraden, moeilijkheden voor de landbouw, woestijnvorming, vermindering van de biodiversiteit, verspreiding van tropische ziekten, enz.. Door een aantal buitenlandse voorbeelden te vergelijken met onze eigen plaatselijke praktijken wilde de conferentie het potentieel van open ruimten als katalysator voor transitie benadrukken. Antoine Crahay (Facilitator Duurzame Wijken) blikt terug op het evenement.
Historisch perspectief en landschapsinversie
Plannen en reglementen benaderen de stedelijke kwestie al jarenlang "via de bebouwde ruimte", maar dat was niet altijd het geval. Elena Cogato Lanza herinnert ons eraan dat de visie op de stad vertrekkend van de open ruimten historisch gezien in zwang was op het einde van de 19de en in het begin van de 20ste eeuw in de Verenigde Staten, met het beroemde Park System in Boston (Olmsted - 1884), in Cincinnati (Kessler - 1907) of Chicago (1907). Ook in Europa ligt het structureren van de stad door middel van open ruimten vanaf deze periode aan de basis van het werk van J.C.N Forestier (Grandes villes et systèmes de parcs, 1908) en van Maurice Braillard voor het masterplan van Genève (1935).
Het uitgangspunt voor deze voorbeelden is het idee van landschapsinversie: "in plaats van bepaalde vrije zones in het randgebied van steden te reserveren, moeten we bepalen welke oppervlakten binnen dit grondgebied moeten worden opgeofferd aan woningbouw."
De leegte wordt het structurerende element dat het grondgebied organiseert, wat Elena Cogato Lanza de grootstedelijke infrastructuur van sociaal-ecologische continuïteit noemt. "Het is een netwerk van landelijke en niet bebouwbare ruimten, bestemd om ruimte te bieden aan praktijken van mobiliteit, behoud, herstel, regeneratieIn bosbouw, operatie waarbij een rijpe bebossing (of boompopulatie) op natuurlijke of kunstmatige wijze wordt vervangen., transformatie en onderhoud, die de ecosysteemdienstenAlle diensten die de bodem levert aan het milieu en de facto aan onze samenleving: levering van drinkwater, beperking van overstromingen, opslag van atmosferische koolstof, ontwikkeling van flora en fauna, enz.) moeten garanderen. Deze infrastructuur is eerder een kwestie van verbindende planning die samenhangt met bestaande planningsinstrumenten, in plaats van een strakke zonering."
Deze landschapsinversie ging in Brussel vooraf aan de lopende hervorming van de gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen (GSV), ook bekend als Good Living. Het ontwerp van GSV begint voortaan met een eerste titel over open ruimten, waarvan de kwaliteiten en de continuïteit het grondgebied organiseren.
Waarde van open ruimten voor ecologie en klimaat
De conferentie was ook de gelegenheid bij uitstek om de toegevoegde waarde en de ecosysteemeffecten van de aanwezigheid van natuur in de stad te analyseren aan de hand van verschillende Belgische en Europese voorbeelden. Uitstekende voorbeelden zijn onder andere de indrukwekkende omvorming van een stadssnelweg tot een waterweg met groene oevers in Utrecht of het project van Okra om het historische centrum van Athene nieuw leven in te blazen.
Een lokaal voorbeeld is het project tuinstraten in Antwerpen dat een radicale transformatie van smalle straten in achterstandswijken mogelijk maakt, waarbij milieuambities worden gecombineerd met sociale cohesie.
Deze voorbeelden tonen ons de haalbaarheid en het belang van het herontwikkelen van de biodiversiteitDe diversiteit aan levende soorten die zich kunnen in stand houden en die zich zonder externe hulp kunnen voortplanten (fauna en flora). in steden om veerkracht op te bouwen tegen de gevolgen van klimaatveranderingWijst op trage variaties van de klimaatskenmerken mettertijd, op een welbepaalde plaats: opwarming of afkoeling. Sommige vormen van luchtvervuiling, veroorzaakt door menselijke activiteiten, zijn een bedreiging voor het klimaat in de zin dat er een globale opwarming zou kunnen ontstaan. Dit verschijnsel kan belangrijke schade veroorzaken: stijging van de zeeniveaus, verergering van de uiterste klimaatsverschijnselen (droogtes, overstromingen, wervelstormen, enz.), destabilisatie van de bossen, bedreiging voor de zoetwatervoorraden, moeilijkheden voor de landbouw, woestijnvorming, vermindering van de biodiversiteit, verspreiding van tropische ziekten, enz.. Ook hier zijn er talrijke parallellen met de bestaande dynamiek in Brussel, bijvoorbeeld in het kader van de studies Open of Good Living.
Sociale en economische waarde
Het tweede deel van de conferentie ging over de sociale en economische waarde van de open ruimte. De open ruimte geeft namelijk ook aanleiding tot talrijke spanningen tussen gebruiksfuncties en mobiliteit, tussen bebouwd en onbebouwd, tussen braaklandDoor de mens verwaarloosde zone die geleidelijk wordt ingenomen door spontane plantengroei. en densiteit. Daarom werd de volgende vraag gesteld: welke ‘waarde’ geeft men aan de open ruimte?
Lopend onderzoek in Nederland tracht de monetaire waarde van groene ruimten in stedelijke ontwikkelingsprojecten te analyseren. De maatschappelijke waarde van de open ruimte en de verhouding tot de natuur in de stad werden ook aangekaart. Dankzij een openbare projectoproep kwam bijvoorbeeld een opmerkelijke mobilisatie van burgers tot stand om het braakland Spoorpark in Tilburg herin te richten. De stedenbouw in overgang en het tijdelijke gebruik van openbare ruimten in Frankrijk is een onderwerp dat voornamelijk werd gedragen door de vereniging Yes We Camp.
Panel en conclusies
Het panel bood de gelegenheid om de gepresenteerde voorbeelden in perspectief te plaatsen ten opzichte van vernieuwende Brusselse initiatieven die passen binnen het begrip "Grootstedelijke Infrastructuur met Sociaal-Ecologische Continuïteit". Enkele voorbeeld zijn de strategie Open op grootstedelijke schaal, de regelgeving Good Living of het BKP (Beeldkwaliteitsplan) rond het kanaal. Het werk aan de nieuwe handleiding voor openbare ruimten is een bijkomende stimulans.
Het is noodzakelijk nieuwe instrumenten te ontwikkelen om beter om te gaan met de effecten van hitte-eilanden en koeltenetwerken doelmatig te ontwerpen. Het begrip Nul Netto Verharding, dat op Europees niveau aanwezig is, is een interessante benadering die verdere uitdieping in de praktijk verdient. De urgentie als gevolg van de klimaatveranderingWijst op trage variaties van de klimaatskenmerken mettertijd, op een welbepaalde plaats: opwarming of afkoeling. Sommige vormen van luchtvervuiling, veroorzaakt door menselijke activiteiten, zijn een bedreiging voor het klimaat in de zin dat er een globale opwarming zou kunnen ontstaan. Dit verschijnsel kan belangrijke schade veroorzaken: stijging van de zeeniveaus, verergering van de uiterste klimaatsverschijnselen (droogtes, overstromingen, wervelstormen, enz.), destabilisatie van de bossen, bedreiging voor de zoetwatervoorraden, moeilijkheden voor de landbouw, woestijnvorming, vermindering van de biodiversiteit, verspreiding van tropische ziekten, enz. vraagt om maatregelen die een evenwicht verzekeren tussen opleggen en experimenteren. Deze denkoefening past binnen de herziening van het Gewestelijk Bestemmingsplan (GBP).
Brussel loopt voorop in de stedelijke transformatie door lessen te trekken uit voorbeelden over de hele wereld om zijn open ruimten te herdefiniëren als essentiële bestanddelen van een duurzame en dynamische stad.