Schouwspelzalen
- Inspectie
- Milieuvergunning
- Verplichtingen
Inhoud
Ingewikkelde tabellen
Voor uw leesgemak raden wij u aan deze pagina op uw computer te raadplegen
U wilt een schouwspelzaal, een feestzaal, een discotheek ... uitbaten? U wilt een tijdelijk evenement organiseren zoals een theater-, dans- of circusvoorstelling? U wilt de uitbatingsvoorwaarden van uw milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning beter begrijpen? U wenst meer te weten over de wettelijke voorwaarden die u moet naleven? Deze gids geeft uitleg over uw verplichtingen. Hij bevat ook informatie over mogelijke afwijkingen.
Is dit op u van toepassing?
Deze voorwaarden zijn op u van toepassing indien u uitbater bent van:
- een bioscoopcomplex, theater, operagebouw, muziekhal, concertzaal, discotheek, feestzaal met een oppervlakte van meer dan 200 m2;
Een feestzaal is een inrichting:
- die bestemd is voor de organisatie van feesten (banketten, bruiloften, communiefeesten ...) of
- waar voorstellingen worden gegeven, ongeacht de aard van de voorstelling (poppentheater, concert, amateurtheater ...)
- een café, muziekcafé, bar of restaurant met een podium waarbij de totale oppervlakte van het etablissement meer dan 200 m² bedraagt;
- een circus of tent met een overdekte ruimte van meer dan 200 m2;
- een kerk waar regelmatig concerten worden gehouden en waar de toegankelijke oppervlakte voor de gelovigen meer dan 200 m² bedraagt;
- een dancing met een oppervlakte van meer dan 200 m2 ;
Deze voorwaarden zijn ook van toepassing als u een tijdelijk evenement in een theater of een tent wilt organiseren.
Als u uw evenement organiseert in een zaal die al een milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning heeft onder rubriek 135, hoeft u geen nieuwe aanvraag in te dienen.
Als u een polyvalente zaal uitbaat, hangt het feit of ze ingedeeld is of niet af van het soort activiteiten dat er plaatsvindt. Als het type activiteit nog niet bekend is, wordt de zaal op forfaitaire basis ingedeeld (als de voor het publiek toegankelijke oppervlakte meer dan 200 m² bedraagt).
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de Milieudienst van de gemeente waar het evenement wordt gehouden.
In sommige specifieke gevallen zijn deze voorwaarden niet op u van toepassing.
Deze voorwaarden zijn niet op u van toepassing indien u uitbater bent van:
- een vergaderzaal, conferentieruimte of videoprojectiezaal;
- een auditorium;
- een geluidsopnamestudio;
- een kegelbaan;
- een sporthal, gymzaal, dansstudio;
- een voetbalstadion, ook al wordt het af en toe gebruikt voor een concert of voorstelling;
- een zaal die ontworpen is voor binnenspelen (bijvoorbeeld een bridgezaal);
- een ontmoetingsruimte met achtergrondmuziek (bijvoorbeeld voor walking dinners);
- een café of restaurant waar wel gezongen en gedanst wordt, maar waar geen podium is (een artiest danst of zingt bijvoorbeeld terwijl hij langs de tafels loopt);
- een openluchtruimte waar een festival, concert, filmvoorstelling of theatervoorstelling plaatsvindt.
De voorwaarden naleven: een wettelijke verplichting
Uw schouwspelzaal maakt deel uit van de ingedeelde inrichtingen die onderhevig zijn aan een milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning.
Voor de berekening van de oppervlakte van uw exploitatie moet u de oppervlakte van de zaal/zalen nemen, vermeerderd met de oppervlakte van de aangrenzende zones die nodig zijn voor de werking ervan (vestiaire, bar, geluidsinstallatie, toiletten, gangen, zone voor de ticketcontrole enz.).
U hoeft de vloeroppervlakte van de verdiepingen met kantoorruimte niet mee te tellen, ook al gebruikt u deze kantoorruimte voor het beheer van uw exploitatie.
Berekening van de drempel | Indeling van de zaal |
---|---|
Feest-/concertzaal, operagebouw, discotheek, muziekhal, tent, theater, bioscoopcomplex, met een totale overdekte oppervlakte > 200 m², met een totale capaciteit van de zalen:
Kleiner dan of gelijk aan 3000 personen
Groter dan 3000 personen |
Rubriek 135 A (klasse 2)
Rubriek 135 B (klasse 1B) |
Aandacht : Als u nog niet over een geldige milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning beschikt (rubriek 135 A of 135 B), moet u altijd een aangifte van klasse 3 (rubriek 135 C) doen bij de gemeente waar uw etablissement gelegen is, indien u versterkt geluid wilt verspreiden tussen middernacht en 7 uur ’s ochtends, ongeacht het geluidsniveau. Deze verplichting geldt vanaf 21/02/2018 voor alle inrichtingen die toegankelijk zijn voor het publiek, ook voor evenementen in de openlucht en voor tijdelijke evenementen.
Als u niet alle voorwaarden van uw milieuvergunning naleeft, dan bent u in overtreding en loopt u het risico op een sanctie (boete, gebruiksverbod, gevangenisstraf).
Waarom deze voorwaarden?
De in de milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning gestipuleerde voorwaarden hebben als doel:
- de veiligheid te garanderen;
- de mobiliteit te garanderen;
- het milieu te beschermen, en in het bijzonder geluidsoverlast voor de buurtbewoners en het publiek te vermijden.
Deze gids geeft toelichting over:
Een checklist vat uw verplichtingen samen, met name op het gebied van veiligheid.
Uw schouwspelzaal - Algemene voorwaarden
- Onderhoud regelmatig uw zaal of tent en de bijhorende installaties en toestellen.
De instantie die verantwoordelijk is voor het beheer van uw vergunning – de gemeente of Leefmilieu Brussel – kan u in bepaalde uitzonderlijke gevallen en om dwingende redenen gelinkt aan de gebouwstructuur of het beheer (bijvoorbeeld als het om een beschermd gebouw gaat) een gedeeltelijke afwijking van de na te leven voorwaarden toestaan.
Er gelden twee voorwaarden voor een dergelijke gedeeltelijke afwijking:
- U voert een veiligheidsstudie uit, bijvoorbeeld een dynamische evacuatiesimulatie, EN
- U krijgt een gunstig advies van de DBDMH.
- De voertuigen van de DBDMH moeten op elk moment toegang hebben tot het gebouw.
- Voor gebouwen met één verdieping moeten voertuigen van de DBDMH te allen tijde tot op minstens 60 m van het gebouw kunnen naderen.
- Voor gebouwen met meer dan één verdieping moet de DBDMH permanent toegang hebben tot minstens één deur of venster per verdieping van het gebouw langs de kant van de rijweg.
Indien het gebouw met meer dan één verdieping niet over minstens één toegankelijke opening aan de kant van de rijweg beschikt, moet het te allen tijde over minstens één vrije toegangsweg beschikken waarop de voertuigen van de DBDMH kunnen circuleren, parkeren en manoeuvreren.
Deze toegangsweg heeft:- een breedte ≥ 4 m
- een vrije hoogte ≥ 4 m
- een maximale helling van 6%
- een draaicirkel ≥ 11 m in de binnenbocht en ≥ 15 m in de buitenbocht
- voldoende draagvermogen voor voertuigen met een lading van ≤ 13 ton.
U kunt een afwijking aanvragen op voorwaarde dat:
- u kunt aantonen dat het onmogelijk is om de structuur van het gebouw te wijzigen omdat het beschermd is als kostbaar erfgoed, of
- u een veiligheidsstudie kunt leveren die een gunstig advies heeft gekregen van de DBDMH en aantoont dat de situatie niet leidt tot een significante toename van het risico.
- Installeer de zitplaatsen op tribunes enkel op vaste of inschuifbare constructies die speciaal voor dit doel zijn ontworpen.
- Eis van de fabrikant en de installateur een garantie voor de stabiliteit van de constructies.
- De stoelen moeten stevig worden vastgemaakt aan de vloer of met elkaar verbonden worden per rij, behalve in de loges of parterreloges.
- Bij de plaatsing van de stoelen, op de begane grond of op de tribunes, moet u drie voorwaarden naleven:
1. De zitplaatsen bestaan uit individuele stoelen van minimaal 50 cm breed die van elkaar gescheiden zijn. Om deze fysieke scheiding te waarborgen, moeten de zitplaatsen door middel van armleuningen of andere gelijkwaardige voorzieningen van elkaar worden gescheiden.
2. De vrije ruimte tussen de rijen zitplaatsen moet minimaal 45 cm bedragen;
U kunt een doorgangsbreedte van 40 cm in plaats van 45 cm hanteren indien een trede van minstens 15 cm hoog de rijen op de tribunes scheidt.3. Het aantal naast elkaar geplaatste zitplaatsen is beperkt:
- tot 10 zitplaatsen per rij als er maar één toegangspad is;
- tot 20 zitplaatsen per rij als er twee toegangspaden zijn.
- De bekleding van de stoelen is onbrandbaar of behandeld tegen brand.
- tot 10 zitplaatsen per rij als er maar één toegangspad is;
- tot 20 zitplaatsen per rij als er twee toegangspaden zijn.
- De bekleding van de stoelen is onbrandbaar of behandeld tegen brand.
- Als de zaal tafels en stoelen bevat, moet u deze zo schikken dat de gebruikers gemakkelijk alle uitgangen kunnen bereiken vanaf elk punt in de zaal.
- Personen met beperkte mobiliteit kunnen voorstellingen bijwonen terwijl ze in hun rolstoel of op een normale stoel zitten. In dat laatste geval wordt de rolstoel opgeborgen, al dan niet opgevouwen, op een daartoe aangewezen plaats of in een gangpad in de zaal.
Evacuatieplan
- Hang het up-to-date evacuatieplan bij de ingang van de schouwspelzaal. Het moet duidelijk aangeven waar de uitgangen zich bevinden en welke routes ernaartoe leiden.
Evacuatiewegen
- De evacuatiewegen moeten leiden naar een veilige plek in de openlucht, bij voorkeur op de openbare weg.
Deze locatie in de openlucht moet:
- een oppervlakte van ten minste 50 m² per nooduitgang bestrijken;
- vrij zijn van meubilair;
- zich op minstens 6 m van een glazen gevel bevinden.
- De dimensionering en het aantal evacuatiewegen worden berekend op basis van de maximale onthaalcapaciteit van de zaal. Zie de tabel over de capaciteit.
- De voorzieningen voor de ticketcontrole mogen de vrije breedte van de evacuatiewegen, d.w.z. gangen en trappen, niet verminderen.
Evacuatietrappen
- De evacuatietrappen moeten recht zijn.
Trappen van het "draaiende" of "gebogen" type zijn onder twee voorwaarden toegestaan:
- de treden moeten doorlopend verdreven zijn, en
- de treden hebben een diepte ≥ 24 cm ter hoogte van de looplijn.
- Traphallen die naar de kelders leiden, mogen niet rechtstreeks in het verlengde liggen van de evacuatietrappen vanaf de bovenverdiepingen.
Deuren
- De deuren moeten gemakkelijk naar buiten toe opengaan.
Deuren die uitgeven op de openbare weg mogen naar binnen toe opengaan als:
- ze volledig openklappen tegen een vast gedeelte van het gebouw in geval van een evacuatie EN
- ze er stevig aan bevestigd zijn.
- Automatische deuren moeten volledig opengaan in geval van een elektriciteitsstoring.
- Draaideuren, schuifdeuren en draaipoortjes zijn verboden op evacuatiewegen.
- Installeer een stevige leuning langs weerszijden van de trappen die naar de zalen leiden. Indien de trap breder is dan 2,40 m, moet een van de leuningen de trap zodanig opsplitsen dat geen van beide delen breder is dan 2,40 m.
- Op de tribunes, zelfs indien ze tijdelijk of inklapbaar zijn, moet u een stevige leuning installeren tegenover de zetels.
- Installeer een stevige borstwering rondom hoger gelegen delen.
- De noodsignalisatie moet overal in de zaal zichtbaar zijn.
- Zorg voor veiligheidsverlichting met een horizontale verlichtingssterkte van minstens 1 lux ter hoogte van de vloer of de treden, langs de as van de evacuatieweg.
Deze veiligheidsverlichting moet aanwezig zijn:
- in alle zalen of lokalen die toegankelijk zijn voor het publiek;
- langs de evacuatiewegen;
- in galerijen en op overlopen;
- in alle ruimtes waarin zich autonome stroombronnen, pompen voor brandblusinstallaties en stookinstallaties bevinden.
- Zorg voor veiligheidsverlichting met een horizontale verlichtingssterkte van 5 lux op potentieel gevaarlijke punten op de evacuatieweg:
verandering van richting, kruispunt van gangen, onvoorspelbaar hoogteverschil ...
-
Installeer noodverlichting in alle delen van de zaal die toegankelijk zijn voor het publiek. Die verlichting gaat automatisch aan zodra de normale verlichting uitvalt. Ze moet een minimale autonomie van één uur hebben.
-
Voorzie voor de noodverlichting stroom uit een of meer onafhankelijke bronnen.
b. De onthaalcapaciteit van de zaal naleven
- Respecteer de onthaalcapaciteit van de zaal die is voorzien in het advies van de brandpreventiedienst van de DBDMH in uw milieuvergunningDe milieuvergunning, voorheen 'commodo-incommodo'- exploitatievergunning genoemd, is een document met de technische voorschriften die de exploitant van een installatie (bv. tankstation, drukkerij, stomerij, enz.) moet naleven. De door de administratie vastgelegde voorwaarden zijn bedoeld om de bescherming te waarborgen tegen de gevaren, hinder of ongemakken die een installatie of activiteit direct of indirect kan veroorzaken voor het milieu, de gezondheid of de veiligheid van de bevolking, met inbegrip van personen die zich binnen de grenzen van een installatie bevinden zonder daar als werknemer te kunnen worden beschermd. Meer informatie over de milieuvergunning .
Om het maximale aantal toegestane personen in een zaal te berekenen, moet u rekening houden met de breedte van de evacuatiewegen naar een veilige plaats (meestal de openbare weg).
Berekening van het maximale aantal toegelaten personen in een zaal op basis van de breedte van de evacuatiewegen |
|
---|---|
Breedte in cm van de evacuatiewegen (gangen, deuren ...) naar een veilige plaats in de openlucht | Toegelaten aantal personen |
Tel de kleinste breedte van elk van de evacuatiewegen op Opgelet! Houd altijd rekening met de smalste breedte van een evacuatieweg, bijvoorbeeld wanneer er een vernauwing is in de gang. |
1 persoon per cm |
Bij dalende trap |
deel de breedte door 1,25 d.w.z. 0,8 personen per cm |
Indien stijgende trap |
deel de breedte door 2 d.w.z. 0,5 personen per cm |
- Neem operationele maatregelen om de maximale onthaalcapaciteit van de zaal te respecteren. Beperk bijvoorbeeld de ticketverkoop.
Voor nog te bouwen gebouwen
- Houd rekening met de extra beperkende factor van de “doorgangseenheden” van 60 cm.
Bijvoorbeeld, voor een nooduitgang van 200 cm zonder trap moet u 3 doorgangseenheden (180 cm) tellen. Als de nooduitgang een trap heeft, moet u deze reeds verminderde breedte verder delen:
- door 2 voor stijgende trappen (dat geeft 100 cm, dus 1 doorgangseenheid van 60 cm);
- door 1,25 voor dalende trappen (dat geeft 160 cm, dus 2 doorgangseenheden van samen 120 cm).
c. De veiligheid garanderen: brandpreventie en evacuatie
- Stel een “veiligheidsverantwoordelijke” aan voor de schouwspelzaal. Hij moet de veiligheid van het publiek garanderen. Hij moet dus bij elke voor het publiek toegankelijke voorstelling aanwezig zijn.
Hij kan een of meer afgevaardigden aanwijzen om zijn opdracht uit te voeren als hij afwezig is.
Zijn opdracht bestaat erin te controleren:- voor en tijdens elke voorstelling, dat de nooduitgangen werken en vrij zijn;
- dat de brandbestrijdings-, waarschuwings- en alarmapparatuur goed gemarkeerd, gemakkelijk toegankelijk en goed verspreid is en dat ze onmiddellijk in gebruik kan worden genomen;
- dat de maximale toegelaten capaciteit van personen in de zaal wordt nageleefd;
- dat het gebruikte materiaal op het podium en de decors op het podium en in de zaal het starten of verspreiden van een brand niet vergemakkelijken.
- De veiligheidsverantwoordelijke en zijn afgevaardigde:
- moeten zich oefenen in het gebruik van het materieel voor brandbestrijding en in de bijzondere maatregelen die in geval van brand genomen dienen te worden;
- registreren in het veiligheidsregister problematische situaties die tijdens de controles worden vastgesteld.
- Installeer, na overleg met de Dienst Brandpreventie van de DBDMH de nodige apparatuur om een eventuele uitbraak van brand te bestrijden. Onderhoud deze apparatuur en bescherm ze tegen vorst.
- Installeer waarschuwings- en alarmmechanismen of een systeem voor gesproken aankondigingen. Zowel de toeschouwers als de medewerkers moeten de alarmsignalen kunnen horen.
- Hang een evacuatieschema op bij elke ingang voor het publiek.
Dit evacuatieschema:
- is op schaal;
- vermeldt de positie van de lezer;
- geeft de locatie van uitgangen, evacuatiewegen en nooduitgangen aan.
- Als uw zaal een capaciteit van meer dan 3000 personen heeft, moet u:
- een door de DBDMH goedgekeurd rookafvoersysteem laten installeren;
- een eerste interventieploeg oprichten.
De eerste interventieploeg wordt opgericht in coördinatie met de DBDMH. Ze omvat twee subteams:
- een team dat belast is met het beheersen of controleren van de brand in afwachting van de komst van de DBDMH;
- een team om het publiek en het personeel snel te evacueren.
De eerste interventieploeg voert minstens één keer per jaar een simulatieoefening uit.
3. Scheiding van podium en zaal
Alleen voor feestzalen, theaters en operahuizen met mechanische uitrustingen bovenaan of onderaan
- Muren met een minimale brandweerstand van een uur EI 60 omringen het podium en de aanhorigheden. In deze muren mogen alleen de onontbeerlijke openingen worden aangebracht, voorzien van zelfsluitende deuren met een minimale brandweerstand van een halfuur.EI1 30
- Een metalen brandgordijn met een brandweerstand van één uur voorkomt dat rook binnendringt in de zaal of dat er vuur naar overslaat.
U kunt bij wijze van uitzondering een afwijking aanvragen, op voorwaarde dat u een alternatieve maatregel voor het brandgordijn voorstelt. Deze maatregel moet:
- even effectief zijn;
- een gunstig advies gekregen hebben van de DBDMH.
- Het brandgordijn:
- heeft stijve en vaste metalen geleiders;
- sluit in maximaal 30 seconden;
- kan worden bediend vanuit twee verschillende locaties: een in de zaal, de andere op het podium of in de aanhorigheden.
- Laat het brandgordijn één keer per jaar controleren door een bevoegd keuringsorganisme. Het organisme registreert zijn bevindingen in het veiligheidsregister.
- Berg alle decors, podiumtoebehoren, ongebruikte meubels van de voorstelling in een afzonderlijk, daartoe bestemd lokaal op.
Dit opslaglokaal omvat op zijn minst:
- muren met een brandweerstand van één uur (EI60);
- zelfsluitende deuren met een brandweerstand van een halfuur (EI130).
- Zorg ervoor dat alle bekledingen die worden gebruikt voor zowel de permanente als de tijdelijke decors een brandweerstand overeenkomstig de wetgeving hebben.
Basisnormen voor reactie op vuur: | |
---|---|
1. voor vloerbekledingen | klasse CFl-s2 |
2. voor de bekledingen van verticale wanden | klasse C-s2,d2 |
3. voor de bekledingen van plafonds en verlaagde plafonds | klasse C-s2,d0 |
- Gebruik elektriciteit enkel voor lichtdecoratie en kunstlicht. Spektakelvuurwerk is verboden.
U kunt een afwijking aanvragen op voorwaarde dat u aan de volgende twee voorwaarden voldoet:
1. U moet een risicoanalyseStudie waarin de risico's op een verontreiniging voor de volksgezondheid en het leefmilieu worden beoordeeld. In het raam van bodemonderzoeken kan een dergelijke studie ook worden uitgevoerd om de te nemen bewarende maatregelen en de mate van urgentie voor sanering te bepalen. leveren die aantoont dat het risico tot een aanvaardbaar niveau werd teruggebracht door middel van structurele en operationele maatregelen.
2. De DBDMH heeft een gunstig advies gegeven over de geplande podiumeffecten.
Als u een afwijking wordt toegestaan, moet u altijd aan de volgende minimumvoorwaarden voldoen:
- de pyrotechnici beschikken over een geldig certificaat als bewijs van hun opleiding F4/T2 (C4/T2) als pyrotechnicus of een door de FOD Economie erkende gelijkwaardige opleiding;
- het pyrotechnisch materiaal is CE-gemarkeerd en wordt onderhouden volgens de richtlijnen van het veiligheidsinformatieblad;
- de apparaten die worden gebruikt om het vuurwerk af te steken, zijn van goede kwaliteit, intact en bestand tegen storingen;
- het gebruikte vuurwerk is intact en alleen bestemd voor dit soort gebruik (bv. T1- of T2-vuurwerk).
Het is verboden om in de buurt van het vuurwerk handelingen uit te voeren die statische elektriciteit, brand of een onbedoelde ontsteking kunnen veroorzaken.
- U mag geen permanente of tijdelijke decors gebruiken die gemaakt zijn van materialen die bij verhitting schadelijke dampen kunnen afgeven.
- De gordijnen moeten tot de klasse B-s1, d0norme NBN EN 13501-1 behoren.
U kunt een afwijking aanvragen voor het gebruik van tijdelijke gordijnen die niet voldoen aan klasse B-s1, d0norme NBN EN 13501-1 op voorwaarde dat ze brandwerend gemaakt zijn, d.w.z. behandeld tegen brand door een gespecialiseerd bedrijf.
Dat bedrijf moet een attest afgeven dat:
- garandeert dat kwaliteitsproducten werden gebruikt die volgens de regels van de kunst werden toegepast;
- de datum van de aanbrenging en de geldigheidsduur van het product specificeert;
- aangeeft of de behandeling moet worden herhaald na het wassen of het schoonmaken van de gordijnen.
- Houd een veiligheidsregister bij:
- Verzamel in één bestand alle datums, de types controles en bevindingen van uzelf en van een organisme dat minstens sinds de afgelopen 5 jaar erkend is voor technische installaties en brandpreventie.
Het veiligheidsregister geeft een opsomming van:
- de controles van de elektrische installaties die worden opgelegd door het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties;
- de interne controles van de veiligheidsverlichting;
- de controles van de verwarmingsinstallaties;
- de controles van het metalen gordijn;
- de controles van de tribunes;
- de controles van het materieel voor brandbestrijding, waarschuwingen en alarmen, door de leverancier of door een erkend organisme;
- de controles van de rookevacuatiesystemen/afvoeropeningen;
- eventuele problematische situaties die worden vastgesteld tijdens controles door de veiligheidsverantwoordelijke;
- de preventieadviezen van de DBDMH;
- de eventuele brandwerende behandeling van de tijdelijke gordijnen.
- Houd het ter beschikking van de burgemeester, de bevoegde ambtenaar en de DBDMH.
- Verzamel in één bestand alle datums, de types controles en bevindingen van uzelf en van een organisme dat minstens sinds de afgelopen 5 jaar erkend is voor technische installaties en brandpreventie.
Mobiliteit: goede praktijken
Bij het opstellen van uw milieuvergunningsaanvraag hebt u de maatregelen opgesomd die moeten worden genomen om mobiliteitshinder voor de buurt te vermijden.
De locatie en de grootte van uw zaal vereisen bijzondere maatregelen om de mobiliteit te garanderen. Elk geval is uniek.
- Informeer automobilisten over de parkeermogelijkheden in de buurt van uw zaal. Geef bijvoorbeeld informatie op de website over plaatsen waar men kan parkeren: kantoren, winkels in de buurt, een systeem met pendelbusjes enz.
- Informeer het publiek over het openbaar vervoer om de locatie te bereiken (trein, metro, tram, bus ...).
- Zorg voor stimulansen om zowel het personeel als de toeschouwers te motiveren om niet met de auto te komen, bijvoorbeeld een korting op de ticketprijs bij gebruik van het openbaar vervoer of de fiets.
Het "STOP"-principe classificeert de verschillende verplaatsingswijzen in de stad, waarbij het principe geldt van STOP tegen de privéauto.
1. Te voet,
2. Met de fiets,
3. Met het openbaar vervoer,
4. En als laatste redmiddel de privéauto.
Geef in dat geval voorrang aan carpoolen, autodelen of elektrische auto’s.
De laatste mogelijke oplossing is om alleen met de auto te reizen.
Meer informatie?
Raadpleeg de gids 'De bereikbaarheid van grote evenementen verbeteren'.
Geluid en trillingen
Voor de buurt
Op het moment dat u uw vergunning verkrijgt, vernieuwt of verlengt:
Als uw zaal aan woningen grenst of als uw zaal een capaciteit heeft van > 3.000 personen:
- Laat een geluidsstudie uitvoeren door een geluidsdeskundige.
Mogelijke afwijking: indien uw zaal aan woningen grenst en een capaciteit heeft van < 3000 personen EN er geen klachten over geluidshinder zijn geweest, dan is de geluidsstudie niet nodig.
Tijdens de montage of demontage
- Werk volgens een uurregeling met respect voor de omwonenden of in een hiertoe bestemd afgesloten gebied.
Tijdens de voorstellingen
- Voer een systeem in om geluidsoverlast te vermijden wanneer toeschouwers naar buiten gaan en zich op de openbare weg begeven tijdens de (rook)pauzes.
- Als u de zaal verhuurt, specificeer dan in het huurcontract de technische en organisatorische beperkingen die vereist zijn om de geluidsoverlast voor de buurt te beperken.
- Pas de geluidsniveaus zodanig aan dat ze de geluidsnormen in uw buurt niet overschrijden. Deze aanvaardbare niveaus zijn onder meer afhankelijk van de akoestische isolatie van uw gebouw, de afstand van de zaal tot uw buren, het gebruik van de panden in uw buurt enz.
Voor het publiek
U moet voldoen aan de regels voor de verspreiding van versterkt geluid met betrekking tot de bescherming van het publiek dat in de zaal aanwezig is; deze regels zijn van toepassing sinds 21/02/2018. U moet onder meer het volgende doen:
- Bepaal de tijdstippen waarop versterkt geluid wordt verspreid; deze kunnen verschillen van de bedrijfsuren van het etablissement.
- Bepaal de maximale geluidsniveaus waarop u versterkt geluid verspreidt.
Categorie 1 | LAeq 15 minuten, glijdend ≤ 85 dB (A) |
Categorie 2 | 85 dB(A) < LAeq 15 minuten, glijdend ≤ 95 dB (A) EN 100 dB(C) < LCeq 15 minuten, glijdend ≤ 110 dB (C) |
Categorie 3 | 95 dB(A) < LAeq 60 minuten, glijdend ≤ 100 dB (A) EN 110 dB (C) < LCeq 60 minuten, glijdend ≤ 115 dB (C) |
Geluidsniveaus in de categorieën 2 en 3 vereisen de naleving van specifieke exploitatievoorwaarden.
Voor meer informatie kunt u de pagina’s over de regels voor de verspreiding van versterkt geluid in Brussel raadplegen.
Waarschuwing: de naleving van de geldende regels voor de bescherming van het aanwezige publiek garandeert niet dat de normen voor de bescherming van de buurt worden nageleefd. Beide aspecten van de wetgeving werken parallel. Bijgevolg zijn de categorieën 2 en 3 niet erg geschikt voor aangrenzende gebouwen of gebouwen met een slechte akoestische isolatie, omdat ze bij dergelijke geluidsniveaus moeilijk aan de geluidsnormen inzake buurtlawaai kunnen voldoen. In dat geval is het eerder raadzaam om voor categorie 1 te opteren.
Uw tent: bijzondere voorwaarden
Naast de bovenstaande algemene exploitatievoorwaarden moet uw tent voldoen aan speciale voorwaarden inzake de veiligheid en het herstel van het terrein in zijn oorspronkelijke staat.
a. De tent ontwerpen en beheren
De Tent
- Houd een veiligheidsafstand van ≥ 5 m rond uw tent zodat interventies van voertuigen van de hulpdiensten mogelijk zijn.
- Het tentzeil is ten minste van klasse A2 of voldoet aan een andere gelijkwaardige norm
U moet over het testverslag betreffende de brandreactie van het tentzeil beschikken. De leverancier moet het u overhandigen.
- De stabiliteit van de tentstructuur en de bijgebouwen, de verankering en de kwaliteit van de montage moeten worden gecertificeerd door een instantie of persoon die bevoegd is in dit domein. Het stabiliteitsverslag vermeldt de maximale windsnelheid waaraan de structuur en de sjorren kunnen weerstaan.
- U moet op het terrein over een werkend windsnelheidsmeetsysteem beschikken.
- Het is verboden een voorstelling te laten plaatsvinden wanneer:
- de wind een snelheid van 90 km/u haalt of
- de windsnelheid hoger is dan de maximumsnelheid vermeld in het deskundigenverslag.
- Geen enkele aan de tent gekoppelde installatie mag de toegang tot de brandkranen verbergen.
Tribunes
- De ruimte onder de tribunes is verboden voor het publiek.
- Het is verboden om iets onder de tribunes op te slaan of te deponeren, zelfs tijdelijk.
- Houd de ruimte onder de tribunes schoon.
Verlichting
- Zorg voor voldoende schijnwerpers om de uitgangen, nooduitgangen en toegangswegen buiten te verlichten als de straatverlichting onvoldoende is.
- Het is verboden een andere verlichtingsbron te gebruiken dan elektriciteit.
Toegangswegen
Het aantal, de plaats en de kenmerken van de toegangswegen worden bepaald in overleg met de DBDMH (Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp).
- Zorg voor een duidelijke markering van de toegangswegen en parkeerplaatsen die voorbehouden zijn voor de interventie- en hulpdiensten.
Herstel van het terrein in zijn oorspronkelijke staat
- Telkens wanneer de tent wordt afgebroken, moet het terrein weer in zijn oorspronkelijke staat worden hersteld.
b. De veiligheid garanderen
- De veiligheidsverantwoordelijke:
- informeert bij officiële bronnen naar de weersomstandigheden op korte termijn (bv. het KMI);
- evacueert het publiek als het in gevaar is door de weersomstandigheden, in ieder geval als de windsnelheid 90 km/u bereikt.
U moet de meest restrictieve veiligheidsbepaling volgen, d.w.z. het publiek evacueren wanneer:
- de wind een snelheid van 90 km/u haalt of
- de windsnelheid hoger is dan de maximumsnelheid vermeld in het deskundigenverslag.
Materieel voor brandbestrijding
- Installeer 1 brandblusser per 200 m2.
Brandblussers met 6 kg AB-poeder of 6 liter AB-water.
- Laat de brandblussers jaarlijks controleren.
Verwarmingstoestellen en ontvlambare producten
- Plaats geen houders met vloeibare gassen, vloeistoffen of licht ontvlambare materialen onder de tent.
- Het is verboden om verwarmingstoestellen onder de tent te plaatsen.
- Installeer verbrandingsmotoren, warmtebronnen en de brandstoftoevoer op een veilige plaats, op minstens 1 m afstand buiten de tent.
c. De noodzaak van een tijdelijke afwijking van de geluidsnormen in uw buurt beoordelen
In sommige gevallen, wanneer zich in de omgeving van het openluchtevenement woningen bevinden, is het mogelijk dat de verspreiding van luide muziek de geluidsnormen bij de buren overschrijdt.
Als u denkt dat uw evenement dat dreigt te doen, is het een goed idee om uw programmering aan te passen, om de geluidsniveaus te verlagen en de buren niet te storen.
Als het wegens de aard van het evenement onmogelijk is om de geluidsniveaus te verlagen en als u zich houdt aan de regels voor versterkt geluid om het aanwezige publiek te beschermen, kunt u een afwijking aanvragen bij de burgemeester van uw gemeente, zodat u bij wijze van uitzondering en tijdelijk de geluidsnormen bij uw buren kunt overschrijden en uw evenement in alle wettelijkheid kunt organiseren.
Checklist van uw verplichtingen
Verplichte veiligheidscontroles voor alle schouwspelzalen
- Bij elke voorstelling controleert de veiligheidsverantwoordelijke dat:
- de maximale capaciteit van de zaal wordt nageleefd;
- de nooduitgangen werken en vrij zijn.
- Controleer zelf regelmatig de brandbestrijdings-, alarm- en waarschuwingsapparatuur of laat het doen door uw veiligheidsverantwoordelijke of uw gemachtigde.
- Houd een veiligheidsregister bij.
- Laat elk jaar de brandblussers controleren.
- Laat de elektrische installaties controleren door een erkend organisme, overeenkomstig het AREI (Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties). Bewaar de attesten en houd ze ter beschikking van de ambtenaar belast met het toezicht.
- Zorg ervoor dat de verspreide geluidsniveaus aangepast zijn om:
- een overlast voor de buurt te veroorzaken;
- het publiek in uw etablissement te beschermen tegen het lawaai.
Bijzondere controles en verplichtingen voor tenten
- Telkens als de tent wordt afgebroken, moet het terrein weer in zijn oorspronkelijke staat worden hersteld.
Om te downloaden
Wetgeving
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 mei 2019 tot vastlegging van de exploitatievoorwaarden voor evenementenzalen, bioscoopcomplexen, theaters, opera's, muziekhallen, feestzalen, discotheken en concertzalen (B.S. 24.05.2019)
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 november 2002 betreffende de strijd tegen de geluids- en trillingenhinder voortgebracht door de ingedeelde inrichtingen (BS 21.12.2002)
- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 januari 2017 tot vaststelling van de voorwaarden voor het verspreiden van versterkt geluid in voor publiek toegankelijke inrichtingen (BS 21/02/2017)
- Ministerieel besluit van 27 november 2017 tot bepaling van de toepassingsmodaliteiten van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 januari 2017 tot vaststelling van de voorwaarden voor het verspreiden van versterkt geluid in voor publiek toegankelijke inrichtingen (BS 19.12.17)