
Inventaris van reptielen en amfibieën in Brussel
- Dieren
- Water
- Biodiversiteit
- Reptielen
- Amfibieën
- Fauna
Volgens de meest recente amfibieën- en reptielenatlas komen in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest 26 verschillende inheemse en uitheemse soorten amfibieën en reptielen voor. Alle inheemse soorten zijn strikt beschermd door de Brusselse wetgeving. Voor de meeste soorten is het aantal bezette kilometerhokken sinds de vorige atlasperiode (2005) toegenomen. Die toename is voor heel wat soorten vermoedelijk het gevolg van een toegenomen zoekinspanning. Voor aan aantal soorten is de toename echter wél een weergave van een reële uitbreiding van het verspreidingsgebied. Dit is met name het geval voor de muurhagedis.
Net als in andere grootstedelijke gebieden, ligt de soortdiversiteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hoger in de periferie dan in het eigenlijke stadscentrum. Het stadscentrum scoort dan wel weer ‘beter’ op het vlak van exotische soorten.
De Kamsalamander, de Boomkikker en de Rugstreeppad zijn soorten die vroegen voorkwamen, maar die ondertussen al meer dan 20 jaar zijn uitgestorven.
Amfibieën
De amfibieënsoorten die bij ons voorkomen, zijn de salamanders, watersalamanders, kikkers en padden. Amfibieën zijn kleine, viervoetige diertjes met een vochtige, klierachtige huid. Drinken is niet nodig aangezien water rechtstreeks wordt opgenomen via de huid. Water is cruciaal voor amfibieën: de eitjes bevatten geen schaal en de jonge larven die eruit sluipen leven uitsluitend in het water.
Tijdens de wintermaanden zoeken de amfibieën een overwinteringsplaats op. Gedurende deze periode voeden de dieren zich niet en zijn ze bijna niet actief. In het voorjaar gaan ze op zoek naar een partner en worden de eitjes in poeltjes afgezet.
Kikkers en padden
Wanneer u een kikker in het gras ziet springen, is de kans groot dat het een Bruine kikker is. Deze kikkers ziet u vaak uit het water en ze zijn zeer actief. Over de soortstatus van de groene kikkers raken wetenschappers maar niet uitgepraat. Vroeger had men het over de Poelkikker, de Meerkikker en de Bastaardkikker, maar vandaag de dag plaatsen sommige wetenschappers die soorten in 1 ‘supersoort’, nl. de ‘groene kikker’.
Een bruin beest met een wratachtige huid dat niet springt maar kruipt is een pad. Naast de gewone pad komt ook nog de Vroedmeesterpad voor. Deze laatste soort werd bewust geïntroduceerd in privé-tuinen.
Salamanders en watersalamanders
Vooral de vuursalamander is een opvallende soort. De volwassen dieren zien er door hun geelzwarte huid heel gevaarlijk uit. Dit mechanisme is echter maar een afleiding voor predatoren: vuursalamanders zijn helemaal niet giftig. Ze planten zich voort in kleine beekjes in het Zoniënwoud.
De vinpootsalamander, de kleine watersalamander en de alpenwatersalamander zijn de meest algemene soorten. Bijna in elk poeltje in de periferie van het gewest hebt u kans er eentje te zien.
Reptielen
Tot de Belgische inheemse reptielen behoren slechts enkele hagedis- en slangensoorten. Deze dieren hebben een droge huid die bedekt is met schubben. Reptielen vervellen regelmatig: wanneer u veel geluk hebt, kan u zo’n afgeworpen huid terugvinden.
In tegenstelling tot amfibieën, leggen reptielen slechts een klein aantal eieren. Deze eieren zijn omhuld door een schaal, waardoor ze minder afhankelijk zijn van een vochtig milieu.
In het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest komen nog slechts 2 soorten hagedissen voor: de Levendbarende hagedis en de Hazelworm. In het moeras van Jette en omgeving komt ook een soort slang voor, de ringslang. Deze soort werd er geïntroduceerd. Hoewel de aanwezigheid van deze soort vaak de wenkbrauwen doet fronsen, zijn angstreacties niet gegrond. Ringslangen zijn niet giftig en helemaal ongevaarlijk voor de mens.
Nog een reptiel dat vaak wordt uitgezet in de Brusselse parken, is de roodwangschildpad. Deze soort is van oorsprong afkomstig uit Florida, maar is uiteraard beter gekend van kermissen en dierenspeciaalzaken. Mensen die hun huisdieren beu zijn, dumpen het vaak in de stadsvijvers, wat aanzienlijke schade berokkent aan de lokale inheemse fauna, want roodwangschildpadden zijn veelvraten. In onze streken is het te koud voor roodwangschildpadden om zich voort te planten in het wild.
Om te downloaden
- pdfBiodiversiteit in Brussel
- pdfHet Zoniënwoud
- pdfWeiserbs, A. & Jacob, J.-P., Amfibieën en Reptielen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Aves en IBGE-BIM, Brussel, 2005, 107p.
- pdfJooris, R., Inventarisatie amfibieën en reptielen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Natuurpunt, Rapport Natuur.studie, nr3, 2007, 23p.
- pdfInfofiche: Lichtverontreiniging
- pdfZoekkaart: Amfibieën en reptielen
Om een papieren versie te bestellen: 02 775 75 75 of neem contact op met de dienst Info-Leefmilieu via e-mail.